Dit is onderdeel van een serie over toetsenborden, zie het eerste deel voor een overzicht.
Laat ik beginnen met een disclaimer: ik ben nog heel erg bezig met het leren van deze layout, en erg hard gaat dat niet omdat alle toetsen op een andere plek zitten (behalve één, bij toeval). Toch denk ik dat ik er geen grote wijzigingen meer in aan wil brengen, dus hier is hij:
z l u w v f p o d ,
h r e s g b n a t i
k j / m x q c ; y .
Veel plezier ermee, dank voor het lezen.
Nee, ik zal iets meer uitleg geven bij deze ogenschijnlijk willekeurige rangschikking van letters. Het is gebaseerd op de ISRT-layout, maar dan dus totaal anders, met ook een paar andere design-overwegingen.
Laat ik beginnen bij waar we waren gebleven: Colemak voor het Nederlands. Colemak is beter dan Qwerty in veel opzichten, maar heeft daarbij wel wat keuzes gemaakt die beter uitpakken voor Engels dan voor Nederlands. Door de nieuwe locatie van de J, K en L werd bijvoorbeeld het achtervoegsel -lijk heel erg lastig te typen, terwijl het op Qwerty best lekker gaat. Hoe dieper je optimaliseert voor een bepaalde taal, hoe minder lekker andere talen passen. Wat dat betreft is Dvorak een mooi compromis dat voor veel verschillende talen werkt.
Echter: de tijden zijn ook een beetje veranderd. Om een typemachine te maken heb je een productielijn nodig; daar is behoefte aan een layout die universeel is. Dankzij het wonder van software is het wijzigen van een layout tegenwoordig veel en veel simpeler. We kunnen het ons veroorloven om te optimaliseren voor kleinere eenheden, zoals het relatief kleinere taalgebied van Nederlands. Maar waarom daar stoppen? Het zijn mijn handen, ik kan een persoonlijke layout creëren die geoptimaliseerd is voor het schrijven van Nederlands én Engels, precies in de mix zoals ik het gebruik.
Dit is waar ik op het idee kwam om de teksten op dit weblog te gebruiken. Ik heb nogal wat tekst geschreven en gepubliceerd hier, in zowel Nederlands als Engels. Het corpus dat ik daaruit samenstelde bevat 248.220 woorden in 1.560.699 tekens (inclusief spaties, etc). Vervolgens heb ik scripts geschreven om daar frequenties van letters, lettercombinaties en woorden uit te kunnen halen, om zo een beter toetsenbord samen te stellen.
Gewapend met die data nog een andere overweging. Ik merk aan mijn handen dat in de overgang van Qwerty naar Colemak, mijn rechterhand veel meer is gaan doen dan mijn linkerhand, relatief gezien. Dit blijkt te kloppen: op basis van mijn weblog-teksten heeft Qwerty een handverdeling van 60%/40% en Colemak een verdeling van 39%/61%. Vooral het verplaatsen van de E is een grote: 16.2% van alle letters is een E.
Zoals ik net al zei is mijn layout gebaseerd op de ISRT-layout. Deze layout probeert ‘same finger bigrams’ te voorkomen: veelvoorkomende lettercombinaties die je met dezelfde vinger zou moeten typen. Die zijn kostbaar, omdat je niet alvast je andere vinger kan klaarzetten terwijl je een toets indrukt. Een layout die de E, T, N, A, I en O aan één wijsvinger toewijst is erg inefficiënt in dit opzicht.
Het nadeel van ISRT is dat het zwaar geoptimaliseerd is voor Engels. In het Nederlands zijn de frequenties van lettercombinaties gewoon niet hetzelfde. Maar gelukkig heeft de maker zijn scripts online gezet, en heb ik dus een bak tekst die ik het kan voeren. Omdat er een element van randomness in zit krijg je telkens nét andere layouts, maar hier is wat er uit kwam rollen nadat ik de iteraties lekker hoog had gezet:
0 1 2 3 4 5 6 7 8 9
u d l f b g k w . o 27.4
e t r n p m h s i a 63.7
' y j q c v z x , ; 08.9
18.0 13.2 10.6 09.0 04.9 06.9 06.5 07.0 09.6 14.4
Merk op dat deze layout verschrikkelijk is: het gooit 18% van alle aanslagen op de linkerpink. Maar het is een mooi overzicht met scores, dus dit heb ik in Number (Excel) gegooid, zodat ik makkelijker met kolommen kon schuiven en totalen berekenen.
Na wat schuiven kwam ik tot deze layout:
z | l | u | w | v | c | f | o | d | , |
h | r | e | s | m | p | n | a | t | i |
k | j | / | x | g | b | q | ; | y | . |
6,5 | 10,6 | 18 | 7 | 6,9 | 4,9 | 9 | 14,4 | 13,2 | 9,6 |
Deze layout heeft een handverdeling van 49%/51%, wat ik erg acceptabel vind. Het lijkt alsof de wijsvingers weinig te doen hebben, maar bedenk dat ze verantwoordelijk zijn voor twee kolommen. Als je die bij elkaar op telt kom je voor beiden op 13,9% uit, wat juist een hele mooie verdeling geeft ten opzichte van de andere vingers.
Tot slot heb ik de letters op elke wijsvinger nog wat beter neergezet op basis van frequenties. De plaatsing is hier ontzettend beïnvloed door de layout van de Ferris Sweep waar ik dit nu op gebruik. Als je ‘m op een traditioneel toetsenbord wil gebruiken zou ik de indeling voor de wijsvingers anders hebben gedaan (de plek van de Qwerty Y is erg lastig – zet daar de Q neer – terwijl de Qwerty N juist erg simpel is – zet daar de F).
Dit alles brengt ons dus tot deze layouts:
z l u w v f p o d ,
h r e s g b n a t i
k j / m x q c ; y .
z l u w v q p o d ,
h r e s g b n a t i
k j / m x f c ; y .
Ik ben er nog niet heel bedreven in, maar ik ben vrij zeker dat ik op het moment van schrijven de snelste persoon ter wereld ben op deze layout. Het is een goede gewoonte om een toetsenbord-layout naar de achternaam van de maker te noemen (Dvorak, Colemak, Norman), dus noem deze dan de Andeweg, maar Zluw kan natuurlijk ook.
Een laatste variatie nog. De Ferris Sweep heeft heel weinig toetsen en in de laatste aflevering van deze serie wil ik het nog hebben over hoe ik dat oplos. Twee hele toetsen voor /
en ;
is echter een beetje zonde, dus ik heb besloten dat /
wordt vervangen door Enter en ;
door Backspace. Die heb ik momenteel op de aangegeven plekken zitten, maar ik overweeg om die gekke middenplekken aan ,
en .
te geven, zodat ik Backspace en Enter op de rechterpink heb. Dit verandert wel de bigram-scores, dus ik ben er nog niet helemaal uit, maar dit kan.
Morgen de laatste aflevering van deze serie, hopelijk, over de 34 toetsen van de Ferris.