Log in
Seblog.nl

Seblog.nl

De wesp

Gisteravond besloot ik iets voor half één dat de tijd van nachtbraken nu wel weer voorbij mocht zijn en dat ik naar bed ging. Ik draaide nog wat muziek bij de afwas en sloot goedgehumeurd de dag af. Tot ik iets zag vliegen, waarvan ik al direct zag dat het een hangend achterlijf had. En jahoor, er bleek een wesp in mijn kamer te zitten.

Gewapend met elektronische vliegenmepper ging ik hem te lijf. Voorzichtig, kijken, stapje, kijken, stapje, helemaal terug naar de hoek, kijken, kijken, stapje, terug. Ondertussen maakte de wesp zwierige bewegingen langs mijn plafond. Favoriete plekjes waren daar waar ik hem net niet kon zien. Hier en daar had ik toe kunnen slaan, vaak durfte ik net pas te laat.

Toen hij op de leidingen van de verwarming zat sloeg ik echt toe: met de mepper bracht ik hem een schok toe, tzzk, en hij viel. Dan moet je snel zijn, want elektrische meppers doden alles groter dan een mug niet meer, maar zorgen alleen voor een tijdelijke verlamming. Ik zocht tussen de schoenen onderaan de leidingen, maar kon hem niet vinden. Net toen ik een schoen verschoof, vloog hij alweer op. In één pas stond ik weer aan de andere kant van de kamer. Ik besloot de deur open te doen, zodat hij naar de gang kon, dan kon ik slapen.

Toen verhevigde de strijd, ik probeerde hem opnieuw te zappen en naar de deur te begeleiden. De wesp had echter andere plannen en begon nog sneller rondjes te maken langs het plafond. Toen hij op mijn lamp zat, sloeg ik nog eens toe. Met uitgestrekte arm de mepper naar voren, snel, maar de wesp was sneller: via een duikvlucht vloog hij tegen mijn arm aan, maar mijn reflex was snel genoeg om niet gestoken te worden. Toen stond ik zelf op de gang, met de wesp nog in de kamer.

Verandering van strategie. Met de deur open en alle lichten in de kamer uit (daarom zitten deurknopjes bij de deur), probeerde ik de wesp naar de gang toe te lokken. Toen het twee uur 's nachts was gaf ik echter ook dat plan op. Vanaf de gang viste ik mijn kamerjas en een handdoek uit de kamer, waarmee ik een schild maakte, zodat ik onder het bed vandaan mijn slaapmatje kon pakken. Ik stelde de strijd uit naar de volgende morgen.

Terwijl de wesp weer tot rust kwam, probeerde ik moeizaam een nachtrust op te bouwen. Dat ging extra lastig door de lampen in de gang, waarvan een paar de hele nacht aan blijven, en de dichtstbijzijnde alleen als er iets bewoog. Uiteindelijk sliep ik tot kwart voor zes. Ik heb nog nooit zo dicht bij mijn bed gekampeerd. Via mijn iPhone zocht ik op dat de zon dezer dagen pas om 6:09 op zou komen. Om tien voor zes zag ik in het washok al een waas van licht verschijnen. Ik besloot het erop te wagen: ik deed de kamerdeur open.

Hoewel ik het niet echt had verwacht, was ik opgelucht dat de wesp me niet meteen bij het openen van de deur al aanviel. Opnieuw had ik de kamerjas als harnas aangetrokken. Ik klikte het licht aan. Nergens een wesp te bekennen. Als er film muziek was geweest, was het een aanhoudend hoge toon. Voorzichtig stak ik mijn hoofd door de deur en keek omhoog: ook boven de deur zat geen wesp.

Op een stoel hing een lange broek, die ik liever aan had dan de korte broek die ik de vorige dag nog had gedragen. Missie 1 werd een snelle actie om, al om mij heen kijkend, de broek van de stoel te grissen. Op de gang deed ik hem aan, en vanaf de gang kon ik nog twee sokken vinden. Ik had nu in ieder geval geen blote huid meer.

Buiten begon het al echt licht te worden. Hij zat vast achter de gordijnen. Behoedzaam gaf ik een ruk aan de eerste. Geen reactie. Langzaam schoof ik hem opzij. Geen wesp, levend noch dood, geen wesp. Gordijn twee, een klap ertegen, geen reactie, en ook daarachter niet. Bij gordijn drie wist ik het zeker: hier zit hij achter. Maar ook dat bleek valse hoop. Ik opende de ramen, voor als ik hem zou vinden.

De lievelingsplek van gister was op de kast, boven de mappen. Net te hoog voor mij, ik kon er niet op kijken of de wesp daar misschien dood lag te zijn. Met mijn camera maakte ik een filmpje om te zien of hij er lag. Na drie keer filmen bleek de verdachte vlek gewoon een logo op een factuur in een van de mappen. Ook verder op de kast leek hij niet te liggen. Het bleef angstvallig stil, op het gepiep van de filmmuziek na.

Toen hoorde ik het: een knal uit de keuken, alsof iets ergens tegenaan vloog. En ja: de wesp was druk bezig met de tl-balk, daar wilde hij dolgraag heen. Van een ontspannen nacht was niets te merken: hij had er behoorlijk de stress in en wilde niets liever dan door de tl-balk naar buiten ontsnappen. Achter hem stond het raam wagenwijd open, maar de tl-balk gaf nu eenmaal meer licht.

Met een schoen om mijn hand en de kamerjas half voor mijn gezicht liep ik op het knopje op de tl-balk af. Een tik ertegen, en natuurlijk ging hij niet uit, nog eens, nee, nog eens, ja, de tl-balk was uit. En in minder dan een seconde besloot de wesp dan maar de andere lichtbron te volgen. Om 6:09 precies vloog de wesp de opgaande zon tegemoet.

Eens in de zoveel tijd kijk ik stiekem op twitter en nu deel ik dat 'ns even aan jullie mee, omdat iedereen elkaar hier toch alles meedeelt.

1984, of: monoloog bij de antiquariaat na een zoektocht door Nijmegen

BOEKHANDELAAR
Ah, je hebt 1984 gevonden? Dat is ons bestverkochte boek. Mensen komen altijd dat boek kopen. Ik zorg steeds dat ik een exemplaar op voorraad heb. We ruilen ze met andere antiquariaten uit andere steden.
Dat is dan vijf euro.
Antiquairs zijn rare mensen, met allemaal hun eigen ideeën. Ze denken: wat eruit is, is eruit. Maar dat is niet zo, mensen willen 1984 nog steeds lezen. Dat boek blijft gewoon actueel. Eerst was het nieuw, toen kwam het jaar 1984 zelf in beeld, toen kwamen er series als Big Brother op tv en nu verwijzen massamoordenaars in hun manifesten ernaar. Het blijft verkopen.
Het komt natuurlijk ook omdat wij in een studentenstad zitten. Zonder studenten overleeft een antiquariaat niet. Op het HBO leest niemand buiten hun studie om. Die hoeven geen oude boeken.
Wilt u er een tasje bij of gaat het zo mee?

Iets met perspectief

Gister ontplofte er een bom bij een overheidsgebouw in Oslo. Een paar uur later vond er op een eiland daar niet ver vandaan een anderhalf uur durende schietpartij plaats, waarbij één man tenminste 84 jongeren doodschoot. Op twitter kwamen verontwaardigde berichten, onbegrip, medeleven, zoals dat hoort, en in Nederland trendde het even.

Vandaag werden de aantallen pas echt bekend, zond de NOS de hele ochtend extra journaals uit en kwamen er internationale reacties van staatshoofden. Maar op twitter bleef het nog tamelijk rustig. Een wereldwijd trending topic bleef uit. Tot een uur of zeven. Toen werd bekend dat zangeres Amy Winehouse zichzelf eindelijk de dood in heeft gezopen. En jahoor, overal ter wereld stond twitter roodgloeiend. Wat een drama.

Ik heb me daar de afgelopen uren best druk over gemaakt. Veel liever maak ik Noorwegen ongedaan dan Amy's dood. Helaas zijn er ook mensen die daarop antwoorden dat ze het liever andersom doen. Ze zullen haar muziek missen. Alsof ze met haar dood opeens uit de platenzaken is verdwenen.

Volgens mij is de dood van een zangeres die toch al jaren bezig was met die kant op te gaan, vele malen minder erg dan de dood van 84 onschuldige jongeren door een malloot met een geweer. Ik ben er al de hele dag mee bezig en elk nieuwsuur werden de berichten erger. Een schietpartij in Noorwegen. Op een eiland. 84 doden. Dat de dader als agent was verkleed, de jongeren vroeg om bij elkaar te komen, zodat hij kon vertellen over de bomaanslag in Oslo. Dat hij daarna het vuur opent. De beelden van een jongen die op de rotsen nog smeekt om zijn leven. Ik vind het meer dan gruwelijk.

Kortom. Hou eens op met Amy Winehouse. Dit deed ze zelf. En geef eens wat meer aandacht aan de echt verschrikkelijke gebeurtenissen in de wereld.

Weer thuis

Daar zit ik dan, achter mijn computer met het gevoel dat het zaterdag, 21 uur is, terwijl het maandag, 14:30 is. Gisteravond vloog ik om 18:45 (plaatselijke tijd, dus hier 17:45) vanuit Turku naar Gdansk. Toen ik om 19:00 (plaatselijke tijd, dus hier ook 19:00) uit het vliegtuig stapte om even een uiltje te knappen in het hostel, voelde het eigenlijk al bijna als thuiskomen. Zo gek is dat, dat een stad die je drie dagen lang nogal afstandelijk vond, opeens als thuis gaat beschouwen als je even in een andere stad bent.

In het hostel stond ik om 2 uur op om om 2:40 de nachtbus te nemen naar het vliegveld, omdat de andere nachtbus van 4:00 misschien te krap was om de vlucht van 6:10 te halen. Wat was de grap? De nachtbus van 2:40 ging helemaal niet tot de luchthaven. Ik heb maar gewoon een taxi genomen, wat me 50 z?otty kostte, ongeveer € 12,59. Dat had je in Nederland niet gekund, denk ik zo.

Bij alle drie de steden, Turku, Gdansk en Eindhoven, heb ik de plaatselijke IKEA vanuit de lucht gezien. Misschien is het een teken. Toen ik thuis kwam lag er een stapel post, waaronder een geadresseerde folder van IKEA Family, dat de nieuwe PAX-collectie er is. Dat vermoeden had ik al, want zowel in Utrecht als in Duiven waren ze bezig de kledingkastshowroom te verbouwen.

Op Eindhoven Centraal bleken er werkzaamheden tussen Eindhoven en Utrecht, met als gevolg dat de trein omreed via Nijmegen, waar ik geen enkel bezwaar tegen had. Op Nijmegen Centraal bleek dat de fietscontroleurs mijn fiets hadden gespot als eentje die er alweer een tijdje stond. Tap tap, zadelklopje, fiets van slot, wegrijden met de medaille er nog op. En niet vergeten hem eraf te halen als ik hem weer op het station zet.

Er is bonusmateriaal. Met zout graag.

Wat je zoal kan doen in Turku

Finland bevalt me veel meer dan Polen. Van beide talen versta ik geen drol, maar de Finnen spreken tenminste allemaal Engels. Bovendien kan je hier met de euro betalen en is het hier veel beter weer.

Tips voor wie naar Turku komt: huur een fiets en ga over het eiland Ruissalo rondjes fietsen. Op dit moment is het Ruisrock, hét popevenement van het jaar, een beetje het Lowlands van Finland, waardoor ik niet overal kon komen. Maar toch: er is meer dan genoeg eiland over waar je wel op mocht fietsen. Soms niet helemaal, want het leukste is om gewoon de wandelpaden te nemen. Die gaan op en neer en in bochtjes, en aangezien ik toch een mountainbike-achtige fiets had meegekregen van de verhuur, ging ik maar gelijk met Nightwish op door de bossen racen. Dat is echt Finland.

Voor vandaag heb ik wat musea bezocht, te voet, zonder Finse hardrock. Voor 10 euro kan je een hele dag een fiets huren, maar nog geen twee musea in, zelfs niet met studentenkorting. Bij de ene mocht ik voor 4 in plaats van 5 naar binnen, bij de ander voor 7 in plaats van 8. Het moeten wel goede musea zijn geweest, denk je dan. Welnu.

Allereerst ben ik naar het Luostarinmäen käsityöläismuseo geweest. Het is een verzameling houten huisjes die elk een eigen ambacht vertegenwoordigen. Turku is de oude hoofdstad van Finland, tot het rond 1800 voorbijgestreefd is door Helsinki. Sinds 1812 is Helsinki officieel de hoofdstad, maar het laatste duwtje voor Turku was in 1827, toen de stad door brand verwoest werd en de universiteit ook werd overgeplaatst naar Helsinki. (De huidige universiteit van Turku stamt uit 1920.)

Zoals alle grote steden in die tijd is ook Turku dus rond 1800 door brand verwoest. Het is waarschijnlijk het antwoord op de vraag die ik me al de hele tijd stelde: als dit een Middeleeuwse stad is geweest, waarom zijn alle straten in het centrum dan zo recht? En: waar zijn alle oude huizen dan? Nou, die waren dus van hout en zijn allemaal afgebrand, op die in het ambachtsmuseum na. Buiten dat is er niet zo heel veel te zien, niet genoeg dat ik denk: dat waren 4 goed besteedde euro's. Maar, dat kan aan mijn gebrek aan historiehysterie liggen.

Wat wel weer heel indrukwekkend was, was het Aboa Vetus & Ars Nova museum. In de kelder was een doorlopende tentoonstelling van de resten van het oude Turku – ze hebben het museum gewoon bovenop de opgravingen gezet. Het was allemaal lekker interactief opgezet, echt zo'n museum waar je als een klein kind uit Turku mee naartoe wordt gesleept door je school. Een beetje vreemd was het wel om de resten van een oude kapel te betreden en daar iemand compleet devoot te zien worden, met buiginkjes en al.

Boven hadden ze een tentoonstelling van moderne kunst, in het thema 'Mielen kuvioita', 'Patronen van de geest'. Het zag er allemaal heel gaaf uit. Helaas hielt het museum daarna opeens op: buiten deze twee tentoonstellingen had geen enkele eigen collectie of iets dergelijks, wat ik wel had verwacht na 7 euro (incl. studentenkorting). Helaas, maar de beide tentoonstellingen waren het al wel al bijna waard.

Daarna was echter het geld op dat ik maximaal aan een dagje musea bezoeken had willen besteden. De tip voor een dagje museaal Turku is dus: kies een ruim budget. Tot zo ver de tips weer voor vandaag.

Turku: warm

Herinner je je het superhete weer van vorige week nog, die door de storm het land uit werd geblazen? Dat weer hangt nu in Finland. Hier in Turku is het zeker 10 graden warmer dan in Polen, wat je misschien niet zou verwachten voor zo'n noordelijk land. Dat het hier noordelijk ligt merk je ook aan het feit dat het nu 23:30 is, maar de zon nog niet onder.

De vlucht ging goed. Omdat ik na drie dagen Gdansk toch al best wel de hele stad had gezien en omdat het er vanochtend regenachtig en grimmig was, heb ik al om 12 uur de bus naar het station genomen, terwijl ik pas om 15:50 zou vliegen. Onderweg overwoog ik nog uit te stappen bij de plaatselijke IKEA, maar ik heb het niet gedaan.

In de bus vroeg de vrouw die naast me zat, drie haltes na de IKEA, of de bus wel langs het vliegveld kwam. Vreemd om opeens een Pool de weg te kunnen wijzen, maar ik herkende de weg van de heenreis en kon het dus bevestigen. Een ander meisje meende de naam Turku te horen en vroeg of ik daarheen vloog. Later bleek dat ze overal het woord Turku in verstond: bij alle omroepberichten wachtten we gespannen de Engelse versie af, want ze hoorde iets over Turku.

Ik ging dus naar Turku en zij ging naar Turku dus zijn we verder samengebleven tot we in Turku waren. Ze vertelde dat ze wel een Fin was, maar geen Fins sprak. Nauwelijks, haar Engels was veel beter. In Finland woont een Zweedse minderheid, die vooral in het westen van het land woont. In Helsinki spreekt bijna niemand Zweeds, maar in Oulo vrij veel mensen. In Turku, of Åbo zoals de Zweden zeggen, is Zweeds officieel op elke straathoek aanwezig. Vrijwel alle openbare aanduidingen, van straatnamen tot de wegwijsborden, zijn tweetalig. Ik vind het best handig, want van het Finse woord snap ik geen drol, maar het Zweedse woord is vaak wel herkenbaar.

Maar dit alles is dus alleen op de officiële kant: mijn reisgenote sprak eigenlijk alleen maar Engels met haar vriendinnen in het openbaar. Wanneer ze samen Zweeds praatten, kunnen ze op minachtende blikken rekenen, zei ze. In winkels bestelde ze ook liever in het Engels dan in het Zweeds en in café's was ze liever toerist dan thuis. Fins vond ze maar een vreemde taal.

Het is vreemd om te horen dat Zweeds hier als een inferieure taal wordt gezien. Naar ik heb begrepen zijn in Zweden zelf de Saami (met een taal verwant aan het Fins) altijd door de Zweden gezien als een vreemd volkje. Taal is zoals overal ook hier heel duidelijk een manier om te laten zien tot welke groep je behoort.

Zoals altijd geen WiFi in het hostel (het zal eens wel zo zijn). Morgen ga ik een fiets huren want ik ben totaal kapot van het hobbelen door Gdansk. Voordeel van vliegen: je wordt er moe van dus kan ik nu, ondanks het tijdsverschil van een uurtje, toch lekker slapen.

Meer laden